De ree, een elegant en schuw herkauwer, bewont bossen, weilanden en zelfs tuinen met zijn subtiele tred en levendige ogen. Dit middelgrote zoogdier, dat nauw verwant is aan de edelhert en damherten, onderscheidt zich door zijn slanke bouw, lange poten en een lichtbruine vacht die in de herfst verkleurt tot een rijke rode gloed.
De ree heeft een rijke geschiedenis van menselijke bewondering. Van oudsher werd het dier als symbool voor zachtmoedigheid en elegantie gezien. In mythologie en literatuur vinden we terugkerende beelden van de ree, vaak geassocieerd met schoonheid en zuiverheid.
Levenswijze
Reew zijn overwegend nachtdieren, die tijdens de dag verborgen blijven in dicht struikgewas of bossen. Hun uitstekende gehoor en reukzin helpen hen om gevaar te detecteren en tijdig weg te vluchten. Met hun snelle sprints van meer dan 60 kilometer per uur kunnen ze zelfs ervaren roofdieren als wolven en lynxen ontwijken.
Voeding: Reew zijn herbivoren die zich voeden met een verscheidenheid aan planten, waaronder grassen, kruiden, bladeren, scheuten en vruchten. Ze hebben een voorkeur voor jonge, sappige groenblijvers en zullen zelfs tuinen binnenvallen om heerlijke bloemen te snoepen – een gewoonte waar tuinbezitters soms minder blij mee zijn.
Sociaal gedrag: Reew leven in groepen, meestal bestaande uit een moeder met haar jongen. Jonge dieren blijven bij hun moeder totdat ze ongeveer één jaar oud zijn. Mannetjes (bokken) vormen tijdens de bronsttijd (rond september/oktober) territoria en strijden met elkaar om de aandacht van vrouwtjes (reeën).
Voortplanting: Na een drachtperiode van ongeveer 7 maanden, brengen reeën meestal één tot twee jongen ter wereld. De jongen worden geboren met gevlekte vachten die hen camoufleren in de bosbodem. Reebakken zijn erg beschermend en zullen hun jongen fel verdedigen tegen roofdieren.
Kenmerken
Kenmerk | Beschrijving |
---|---|
Grootte | Schouderhoogte: 70-90 cm |
Gewicht | 15-35 kg |
Vacht | Lichtbruin, roodachtig in de herfst |
Gehoor | Uitstekend |
Reukzin | Zeer goed |
Interessante weetjes:
-
Gewei: Mannetjes reew hebben gewei met 2-4 punten. De grootte en vorm van het gewei hangen af van de leeftijd en gezondheid van de bok.
-
“Bliksemsnel”: Reew zijn bekend om hun snelheid, die kan oplopen tot 60 kilometer per uur. Ze kunnen lange tijd hard rennen dankzij hun krachtige achterpoten.
-
Klachten van tuinbezitters: Reew zijn dol op bloemen en fruitbomen. Tuinen in de buurt van ree-habitats kunnen soms last hebben van eetlustvolle bezoekers.
Bescherming
De populatie reew heeft zich de laatste decennia aanzienlijk vergroot dankzij beschermingsmaatregelen en habitatrestauratie. Echter, botsingen met auto’s blijven een belangrijk probleem.
Om botsingen te verminderen, worden maatregelen genomen zoals wildovergangen en het aanpassen van snelheidslimieten in ree-gebieden. Ook is het belangrijk om de natuurlijke leefomgeving van reew te beschermen door boswachten te beheren en habitatfragmentatie tegen te gaan.